De onderwijsexperten die vandaag in de media aan bod komen, zijn allemaal van hetzelfde type. (WES 4)
Soetkin Bulcke, auteur van expeditie onderwijs en docent journalistiek aan de Thomas More Hogeschool, doet deze uitspraak en stelt zich de vraag waarom deze experts allemaal zelf amper ervaring hebben in de klas.
Doceren in een aula in het hoger onderwijs is immers van een heel andere orde en niet te vergelijken met het middelbaar.
Soetkin besloot in 2020 zelf parttime in het middelbaar onderwijs te gaan werken, en was nog nooit zo verrast.
Al snel ervoer ze zelf dat de clichés die iedereen gebruikt die niet in het onderwijs staat, reinste onzin waren. Nog nooit had ze zoveel werkdruk en stress ervaren als de eerste drie weken.
In het bedrijfsleven bereid je jezelf voor op een presentatie per dag. Hier zijn er dat zeven en met een veel moeilijker publiek.
Over dat publiek gesproken: tenzij je enkel lesgeeft in klassen 'latijn', kom je echt in contact met alle lagen van de maatschappij. Lagen van de maatschappij waar de gemiddeld hoogopgeleide burger amper of niet mee in aanraking komt. Het is zoals spinnen in je huis: je weet dat ze er zijn, maar je ziet ze niet, dus in je hoofd bestaan ze amper. Dat voelt immers een stuk meer comfortabel.
Soetkin gaat in op het actuele boek van Wouter Duyck, die kritisch is op enerzijds het onderwijs, maar anderzijds ook de leerlingen van vandaag en hoe we dit aan moeten pakken.
Soetkin verdedigt het standpunt van de leerlingen, en zeker de kansarme kinderen: zij leven in armoede en werken na schooluren nog zodat ze hun gezin kunnen helpen en naar school kunnen komen.
Deze leerlingen zijn oververmoeid en liggen in de klas te slapen. Frustrerend als leerkracht, maar als je weet hoe de vork in de steel zit, heb je wel begrip voor deze leerlingen.
Duyck hekelt op het feit dat leerlingen niet lezen en hierdoor geen kritische zin ontwikkelen. Soetkin poneert dit dan weer met onze onderwijsaanpak: een leerplan dat weinig motiveert en een lagere school vol met AVI-toetsen waar leerlingen op moeten presteren. Zo ga je lezen al sneller associëren met iets dat niet leuk is.
Jongeren zouden volgens Duyck weinig ambitie hebben, maar hier moet een kanttekening bij worden gemaakt: leerlingen die kiezen voor een hogeschool in plaats van de universiteit, zijn blijkbaar niet ambitieus.
Dit is natuurlijk erg kort door de bocht en vooral getekend door het eigen referentiekader.
Soetkin brengt mooie verhalen over leerlingen die schoolmoe 'afzakken' naar de dubbele finaliteit om dan eindelijk hun passie te vinden en met veel energie afstuderen. Hiermee illustreert ze nogmaals dat de 'dubbele finaliteit' niet per se iets slecht is, dat die leerlingen niet per se dom zijn, sterker nog: dat ze ooit slimmer zijn dan de leerlingen in de doorstroomfinaliteit. Ze weten ooit wat ze willen doen, vinden een passie, zoeken hun eigen weg door het leven. En deze leerlingen hebben ook andere rolmodellen nodig: leerkrachten die zelf een moeilijke weg hebben moeten bewandelen, die dyslectisch zijn, een migratie-achtergrond hebben... Enkel zo kunnen ze zichzelf daarin herkennen en zien dat ook zij wat kunnen bereiken.
Tot slot hekelt ze nog op de 'onderwijsexpertise' van experten die nooit een voet in de klas hebben gezet. Dat klinkt cru, maar ga jij naar een dokter voor een hartoperatie die dat nog nooit heeft gedaan of gezien?
Ik denk het niet!
Dit is mijn inziens een schitterend artikel die mooi aansluit bij mijn eigen ervaring met het onderwijs en de frustratie die je ervaart als leerkracht als 'experten' het woord nemen. De leerlingen die we hebben (en hun ouders) zijn van een enorm divers publiek en alle lagen van de maatschappij. De ene wil graag chirurg worden, de andere graag bakker. We hebben ze allebei broodnodig, maar toch hechten we veel meer waarde aan die eerste. Sterker nog, we geven af op de tweede omdat die 'te weinig ambitie' heeft.
Mijn inziens is dit een puur menselijk probleem: we hebben nood aan een soort van 'hiërarchie', ook al is die louter fictief en maatschappelijk bepaald. Richting X is beter dan richting Y, want richting X heeft meer wiskunde en richting Y zijn 'maar' extra taaluren. Dit is géén objectieve beoordeling, heel wat mensen kennen het vak wiskunde gewoon meer waarde toe dan andere vakken. Talen moeten altijd onderdoen, tenzij je voor latijn kiest. Hoewel dat vroeger 'het van het' was, heeft wiskunde die rol nu overgenomen. Latijn heeft nog wel steeds een sterke reputatie.
Als lezer klinkt dit wellicht allemaal heel herkenbaar en logisch. Indien dat laatste klopt, vind ik dat jammer, want dan ga je mee in de (valse) hiërarchie van het onderwijs.
Het stuk over de rolmodellen raakt me ook wat persoonlijk: ik probeer dit zelf enorm te zijn. Zelf heb ik niet het makkelijkste pad gekozen in mijn schoolcarrière en had ik vroeger de nodige tegenslagen omdat ik schoolmoe was. Ik herken de schoolmoeheid van de leerlingen dus helemaal en durf hier ook eerlijk en open over te zijn. Hier geef ik natuurlijk ook mee hoe ik mijn weg uiteindelijk wel heb gevonden, dat ik nu wel blij ben, maar dat ik het jammer vond dat ik dit inzicht niet vroeger heb gehad.
We hebben dringend een hervorming nodig, maar ook een herwaardering van de verschillende richtingen en diverse lerarenprofielen, is daarbij belangrijk. Hopelijk ziet de nieuwe minister van onderwijs dit ook in. https://www.demorgen.be/meningen/de-onderwijsexperten-die-vandaag-in-de-media-aan-bod-komen-zijn-allemaal-van-hetzelfde-type~b530fd0f/?fbclid=IwZXh0bgNhZW0CMTAAAR3OdZtD1Yfrlt8o19btzWHt4z9E1cgHgB69gkCKYTP6Nambm1RJD8sirAc_aem_AUNvj2xW_nvh4ILcXyW4erKBXdcEw7c2PAjAMIsSsSWvdUCJcd38tuPOgjGmq7vpN7YmayIUBtMqeOwT_911kygO&mibextid=xfxF2i&utm_campaign=shared_earned&utm_medium=social&utm_source=facebook Je kan dit gratis lezen als je jouw e-mailadres opgeeft.
Soetkin besloot in 2020 zelf parttime in het middelbaar onderwijs te gaan werken, en was nog nooit zo verrast.
Al snel ervoer ze zelf dat de clichés die iedereen gebruikt die niet in het onderwijs staat, reinste onzin waren. Nog nooit had ze zoveel werkdruk en stress ervaren als de eerste drie weken.
In het bedrijfsleven bereid je jezelf voor op een presentatie per dag. Hier zijn er dat zeven en met een veel moeilijker publiek.
Over dat publiek gesproken: tenzij je enkel lesgeeft in klassen 'latijn', kom je echt in contact met alle lagen van de maatschappij. Lagen van de maatschappij waar de gemiddeld hoogopgeleide burger amper of niet mee in aanraking komt. Het is zoals spinnen in je huis: je weet dat ze er zijn, maar je ziet ze niet, dus in je hoofd bestaan ze amper. Dat voelt immers een stuk meer comfortabel.
Soetkin gaat in op het actuele boek van Wouter Duyck, die kritisch is op enerzijds het onderwijs, maar anderzijds ook de leerlingen van vandaag en hoe we dit aan moeten pakken.
Soetkin verdedigt het standpunt van de leerlingen, en zeker de kansarme kinderen: zij leven in armoede en werken na schooluren nog zodat ze hun gezin kunnen helpen en naar school kunnen komen.
Deze leerlingen zijn oververmoeid en liggen in de klas te slapen. Frustrerend als leerkracht, maar als je weet hoe de vork in de steel zit, heb je wel begrip voor deze leerlingen.
Duyck hekelt op het feit dat leerlingen niet lezen en hierdoor geen kritische zin ontwikkelen. Soetkin poneert dit dan weer met onze onderwijsaanpak: een leerplan dat weinig motiveert en een lagere school vol met AVI-toetsen waar leerlingen op moeten presteren. Zo ga je lezen al sneller associëren met iets dat niet leuk is.
Jongeren zouden volgens Duyck weinig ambitie hebben, maar hier moet een kanttekening bij worden gemaakt: leerlingen die kiezen voor een hogeschool in plaats van de universiteit, zijn blijkbaar niet ambitieus.
Dit is natuurlijk erg kort door de bocht en vooral getekend door het eigen referentiekader.
Soetkin brengt mooie verhalen over leerlingen die schoolmoe 'afzakken' naar de dubbele finaliteit om dan eindelijk hun passie te vinden en met veel energie afstuderen. Hiermee illustreert ze nogmaals dat de 'dubbele finaliteit' niet per se iets slecht is, dat die leerlingen niet per se dom zijn, sterker nog: dat ze ooit slimmer zijn dan de leerlingen in de doorstroomfinaliteit. Ze weten ooit wat ze willen doen, vinden een passie, zoeken hun eigen weg door het leven. En deze leerlingen hebben ook andere rolmodellen nodig: leerkrachten die zelf een moeilijke weg hebben moeten bewandelen, die dyslectisch zijn, een migratie-achtergrond hebben... Enkel zo kunnen ze zichzelf daarin herkennen en zien dat ook zij wat kunnen bereiken.
Tot slot hekelt ze nog op de 'onderwijsexpertise' van experten die nooit een voet in de klas hebben gezet. Dat klinkt cru, maar ga jij naar een dokter voor een hartoperatie die dat nog nooit heeft gedaan of gezien?
Ik denk het niet!
Dit is mijn inziens een schitterend artikel die mooi aansluit bij mijn eigen ervaring met het onderwijs en de frustratie die je ervaart als leerkracht als 'experten' het woord nemen. De leerlingen die we hebben (en hun ouders) zijn van een enorm divers publiek en alle lagen van de maatschappij. De ene wil graag chirurg worden, de andere graag bakker. We hebben ze allebei broodnodig, maar toch hechten we veel meer waarde aan die eerste. Sterker nog, we geven af op de tweede omdat die 'te weinig ambitie' heeft.
Mijn inziens is dit een puur menselijk probleem: we hebben nood aan een soort van 'hiërarchie', ook al is die louter fictief en maatschappelijk bepaald. Richting X is beter dan richting Y, want richting X heeft meer wiskunde en richting Y zijn 'maar' extra taaluren. Dit is géén objectieve beoordeling, heel wat mensen kennen het vak wiskunde gewoon meer waarde toe dan andere vakken. Talen moeten altijd onderdoen, tenzij je voor latijn kiest. Hoewel dat vroeger 'het van het' was, heeft wiskunde die rol nu overgenomen. Latijn heeft nog wel steeds een sterke reputatie.
Als lezer klinkt dit wellicht allemaal heel herkenbaar en logisch. Indien dat laatste klopt, vind ik dat jammer, want dan ga je mee in de (valse) hiërarchie van het onderwijs.
Het stuk over de rolmodellen raakt me ook wat persoonlijk: ik probeer dit zelf enorm te zijn. Zelf heb ik niet het makkelijkste pad gekozen in mijn schoolcarrière en had ik vroeger de nodige tegenslagen omdat ik schoolmoe was. Ik herken de schoolmoeheid van de leerlingen dus helemaal en durf hier ook eerlijk en open over te zijn. Hier geef ik natuurlijk ook mee hoe ik mijn weg uiteindelijk wel heb gevonden, dat ik nu wel blij ben, maar dat ik het jammer vond dat ik dit inzicht niet vroeger heb gehad.
We hebben dringend een hervorming nodig, maar ook een herwaardering van de verschillende richtingen en diverse lerarenprofielen, is daarbij belangrijk. Hopelijk ziet de nieuwe minister van onderwijs dit ook in. https://www.demorgen.be/meningen/de-onderwijsexperten-die-vandaag-in-de-media-aan-bod-komen-zijn-allemaal-van-hetzelfde-type~b530fd0f/?fbclid=IwZXh0bgNhZW0CMTAAAR3OdZtD1Yfrlt8o19btzWHt4z9E1cgHgB69gkCKYTP6Nambm1RJD8sirAc_aem_AUNvj2xW_nvh4ILcXyW4erKBXdcEw7c2PAjAMIsSsSWvdUCJcd38tuPOgjGmq7vpN7YmayIUBtMqeOwT_911kygO&mibextid=xfxF2i&utm_campaign=shared_earned&utm_medium=social&utm_source=facebook Je kan dit gratis lezen als je jouw e-mailadres opgeeft.
Reacties
Een reactie posten